Ongeveer honderd keer kom je de term ‘besloten ruimte’ tegen in het Bouwbesluit met de bijbehorende regeling en toelichting. Er wordt al jaren mee gewerkt en iedereen heeft wel een globaal idee wat hiermee wordt bedoeld. Hoe zit dit nou eigenlijk precies?
Als je in het Bouwbesluit op zoek gaat naar een definitie, zal je die helaas niet vinden. Ook elders valt het niet mee om een goede en eenduidige omschrijving te vinden. Maar geen nood, we laten er vanuit onze expertise een licht over schijnen.
Onderdeel van een brandcompartiment
Afdeling 2.10, artikel 2.82 van het Bouwbesluit 2012 geeft aan dat een ‘besloten ruimte’ een onderdeel is van een brandcompartiment. Wat deze besloten ruimte precies inhoudt, is in het Bouwbesluit niet verder gespecificeerd. In het bouwbesluit valt in paragaaf 1.1 te lezen dat een scheidingsconstructie de scheiding vormt tussen voor personen toegankelijke besloten ruimte(n) of de buitenlucht van een gebouw. Waar die inwendige scheidingsconstructie aan moet voldoen is niet duidelijk omschreven.
Eisen voor scheidingsconstructies
Om duidelijk te krijgen wat een besloten ruimte is, moet je weten wat er wordt bedoeld met een scheidingsconstructie. Daarvan worden er in het bouwbesluit twee vormen gespecificeerd:
• de inwendige scheidingsconstructie en;
• de uitwendige scheidingsconstructie.
Beide constructies vormen de afscheiding tussen ‘een voor personen toegankelijke besloten ruimte’ en een andere besloten ruimte, of de buitenlucht. Waar die scheidingsconstructie uit bestaat is helaas weer niet helder.
Duidelijkheid over ‘niet-besloten ruimten’
Misschien als we het andersom benaderen, als we kijken wat een ‘niet-besloten ruimte’ is? Dat lijkt vrij simpel, de buitenlucht. Helaas is dit in de praktijk niet altijd zo makkelijk te bepalen. Denk daarbij aan een atrium of galerij.
Niet-besloten wil zeggen dat er géén speciale bouwkundige constructies van toepassing zijn voor de ruimte. Bedenk echter wel: wanneer een niet-besloten ruimte onderdeel is van een vluchtroute, gelden hiervoor specifieke eisen. Een ruimte die onderdeel uitmaakt van een vluchtroute mag als niet-besloten worden aangemerkt als aan de eisen voor de afvoer van warmte en rook wordt voldaan. Als deze ruimte niet aan deze voorschriften voldoet, kan de ruimte in de context van veilig vluchten niet worden aangemerkt als niet-besloten ruimte. Is hiermee duidelijk wat er wordt bedoeld met een ‘besloten ruimte’?
Besloten ruimte
In beginsel geeft de indiener van een vergunning zélf aan of er sprake is van wel- of niet-besloten ruimten. Hierbij moet hij aannemelijk maken dat dit ook daadwerkelijk het geval is, waarna het bevoegd gezag toetst en beoordeelt of de betreffende situatie niet in strijd is met het Bouwbesluit.
Toelichting waarden niet-besloten ruimten
Niet-besloten ruimten waardoor een vluchtroute loopt zoals een galerij of atrium, kunnen op talloze manieren worden ontworpen. Door de grote variëteit in ontwerpen is het lastig om de prestatie-eisen voor warmte en de afvoercapaciteit voor rook voor deze ruimtes te toetsen. Voor de grenswaarden waarbij het verblijf in deze ruimten nog veilig mogelijk is, kunnen volgens het TNO Bouw rapport 1997-CVB-R0883 de volgende waarden worden aangehouden:
• de stralingsflux mag niet groter zijn dan 1 kW/m³;
• de temperatuur niet hoger zijn dan 45°C;
• de zichtlengte mag niet minder zijn dan 100 meter.